De uren bijkomende prestaties zijn uren prestaties die verricht zijn buiten de grenzen vastgelegd door de wet van 14 december 2000.
Basisprincipe: inhaalrust
Telkens de vastgelegde grenzen uit de wet van 14 december 2000 worden overschreden, betekent dat dat er bijkomende uren zijn gepresteerd en leidt dat tot inhaalrust.
Voorbeeld: je werkt 7 uur 36 per dag volgens een arbeidsregeling van 38 uur per week van maandag tot vrijdag gedurende 4 maanden. In de loop van deze periode werk je enkel op maandag 8 uur 36 in plaats van 7 uur 36 (binnen de gewone diensturen).
De grens die is vastgelegd op het gemiddelde van 38 uur per week over een periode van 4 maanden is overschreden. Je hebt 1 bijkomend uur gepresteerd, wat je recht geeft op inhaalrust.
Bijkomende gepresteerde uren geven je recht op inhaalrust. In principe geven ze je geen recht op een toelage voor bijkomende prestaties, behalve bij onvoorziene omstandigheden waarin dringende maatregelen nodig zijn.
Elk uur bijkomende prestaties is niet per se een uur onregelmatige prestaties. Een uur bijkomende prestaties is immers een uur prestaties die daadwerkelijk gepresteerd worden buiten de grenzen die door de wet van 14 december 2000 zijn bepaald, maar niet per se buiten de gewone werkroosters en dat leidt er dus niet toe dat er tegelijkertijd sprake is van een uur onregelmatige prestaties.