Je kan je arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur eenzijdig beëindigen mits een opzegtermijn.
Het is echter niet mogelijk om arbeidsovereenkomsten van bepaalde duur op deze wijze te beëindigen.
De werkgever en de werknemer kunnen evenwel in onderling akkoord vrij en op elk ogenblik een einde maken aan de arbeidsovereenkomst en de voorwaarden van de beëindiging vastleggen.
Je moet je opzeg per aangetekende brief betekenen aan je werkgever (de persoon die je arbeidsovereenkomst ondertekend heeft) en dan gaat de beëindiging in op de derde werkdag na de verzending, of bij gerechtsdeurwaarderexploot.
Je kan je opzeg ook geven door je werkgever een geschreven opzegging in tweevoud te overhandigen. De werkgever ondertekent het dubbel voor ontvangst.
De opzegtermijnen van voorheen worden hier nog vermeld, om eventueel berekeningen te kunnen maken:
Arbeiders | Minder dan 20 jaar anciënniteit | 20 jaar anciënniteit of meer |
---|---|---|
Ontslag door de werknemer | 14 dagen (2 weken) | 28 dagen (4 weken) |
De opzeg begint op de maandag die volgt op de week waarin de opzegging betekend werd.
Bedienden: Brutojaarloon niet hoger dan € 28.093 (*) | |
---|---|
Anciënniteit | Opzeg door de werknemer |
Van 0 tot minder dan 5 jaar | 1,5 maand |
5 jaar en meer | 3 maanden |
Bedienden | Jaarloon | |
---|---|---|
Anciënniteit | Tussen € 28.093 en € 56.187 (*) | Meer dan € 56.187 (*) |
0-5 jaar | 1,5 maanden (**) | 1,5 maanden (**) |
5-10 jaar | 3 maanden (**) | 3 maanden (**) |
10-15 jaar | Max. 4,5 maanden (**) | 4,5 maanden (**) |
15 jaar en meer | Max. 4,5 maanden (**) | 6 maanden (**) |
(**)Het gaat hier om een minimumopzegtermijn, vastgesteld naar analogie met de bepalingen die van toepassing zijn op bedienden met een loon lager dan € 28.093. Bij een door de werknemer betekende opzegging legt de wet slechts een maximum van vier en een halve maand of zes maanden vast, naargelang het geval. |
(*) De bedragen zijn brutobedragen, die van toepassing zijn sinds 1 januari 2008.
De opzeg begint op de eerste dag van de maand die volgt op de maand waarin de opzeg betekend werd.
Op het einde van de arbeidsovereenkomst is de werkgever verplicht de werknemer een aantal sociale documenten te verstrekken:
- het getuigschrift van tewerkstelling (op verzoek van de werknemer), waarop enkel de begin- en de einddatum van de arbeidsovereenkomst en de aard van de verrichte arbeid worden vermeld
- de afrekening van de laatste betalingen
- de individuele rekening van het lopende jaar (binnen 2 maanden na het einde van het trimester waarin de arbeidsovereenkomst beëindigd werd)
- het werkloosheidsattest (C4)
- de belastingsfiche 281.10
- het vakantieattest (enkel voor de bedienden)